Als er bespannen wordt, bijvoorbeeld in een winkel of op grote toernooien zoals Rotterdam, Rosmalen, of zelfs de Grand Slams, krijgen bespanners vaak vragen over de spankracht (in kilogram) van tennisrackets. Eén veelvoorkomende vraag is: “Wat is de gemiddelde spankracht die spelers op hun racket hebben?”
Pro Tour bespanner Timo van Driel legt uit waarom dit niet zomaar in één zin te beantwoorden is:
Bladgrootte:
Er zijn verschillen in de grootte van het racketblad. Roger Federer speelde jarenlang met een relatief klein Wilson racket, terwijl Rafael Nadal juist met een groter blad speelt. Om Nadal’s racket net zo strak te krijgen als dat van Federer, moet het ongeveer drie kilo harder bespannen worden.
Bespanpatroon:
Rafael en Roger gebruiken een bespanpatroon van 16 lengtesnaren en 19 breedtesnaren, terwijl Novak Djokovic een patroon van 18 bij 20 gebruikt. Hoewel Rafa en Novak dezelfde bladgrootte hebben, zorgt het patroon van Djokovic ervoor dat zijn racket strakker aanvoelt bij dezelfde spankracht, doordat meer snaren worden aangetrokken.
Type snaren:
Het soort snaar maakt ook uit. Op de Tour zijn de meest populaire keuzes darmsnaren en polyester. Darmsnaren hebben verschillende elasticiteiten en reageren anders op voor-rekken. Polyester snaren hebben over het algemeen minder spankracht nodig dan nylon of multifilament snaren, en verschillende polyester snaren kunnen ook variëren in hardheid.
De exacte gemiddelde spankracht van spelers is moeilijk te bepalen vanwege alle variabelen zoals bladgrootte, bespanpatroon en snaartype. Wat wel gemeten kan worden, is de hardheid direct na het bespannen. Dit geeft een beter beeld van het speltype van de speler en hoe de racketvariabelen zich gedragen. Laat de spankracht dus niet leidend zijn, maar vraag altijd goed advies!